Sommige honden zijn niet zo blij als er iemand te dicht bij hun etensbak, kluif of speeltjes komt. Ze kunnen agressief gedrag vertonen om hun spullen te beschermen. Dit noemen we ook wel "verdedigende agressie", "voeragressie" of "baknijd". Dit kan gevaarlijk zijn, vooral als er kinderen in de buurt zijn. Daarom is het belangrijk om dit te voorkomen.
Waarom verdedigt een hond zijn eten?
Eigenlijk is het heel natuurlijk dat een hond zijn eten verdedigt. Het heeft niets te maken met dominantie of algemeen agressief gedrag. In de natuur zal een hond of wolf vaak zijn buit verdedigen, soms ook tegen een hoger geplaatste soortgenoot. De regel is: wat je hebt, mag je proberen te houden. Als je hond zijn etensbak tegenover jou verdedigt, betekent dit niet dat hij zichzelf hoger in rang vindt staan, zoals vaak wordt gedacht. Maar het is wel belangrijk om hier iets aan te doen om ongelukken te voorkomen.
Hetzelfde geldt voor het verdedigen van een kluif of speeltje, deze vallen ook onder de noemer "dit is van mij, blijf er vanaf!". Honden die hun eten verdedigen hebben vaak geleerd dat het nodig is. Soms hebben ze als pup al moeten concurreren met hun broertjes en zusjes om te kunnen eten.
Het regelmatig weghalen van de bak zonder deze meteen terug te geven, wat soms wordt gedaan om baknijd te voorkomen, moedigt juist het verdedigen van het voer aan. De hond leert dan: "Als er iemand in de buurt komt, willen ze vast mijn voer afpakken. Dus als ik maar grom of hap, dan blijven ze wel uit de buurt en kan ik mijn eten houden ".
Sommige rassen hebben meer aanleg tot het verdedigen van hun voer, kluiven of speeltjes dan andere.
Een goede fokker zorgt ervoor dat alle pups uit een nest voldoende voer krijgen en dat er zo min mogelijk concurrentie tussen de pups is. Het is daarom handig om pups tijdens het eten te observeren. Als er wordt gegromd, is er te veel competitie en moet er iets veranderen in de manier van voer aanbieden. Als je een pup hebt, kun je hem leren dat er niets engs gebeurt als iemand in de buurt van zijn bak komt. In plaats daarvan kun je hem leren dat er iets lekkers bij komt als er iemand in de buurt is.
Als je jouw pup wilt leren dat er niets engs gebeurt als iemand in de buurt van zijn bak komt, kun je naast hem gaan zitten terwijl hij eet. Zorg ervoor dat je iets lekkers bij je hebt dat hij nóg lekkerder vindt dan zijn voer.
Houd het lekkers in je open hand naast de voerbak en laat de pup het van je hand pakken. Herhaal dit een paar keer en hij zal al snel doorhebben dat hij iets lekkers krijgt wanneer jij eraan komt als hij eet. Je kunt zelfs je hand boven de etensbak houden of er zelfs een stukje in leggen. Als de hond enthousiast opkijkt als je eraan komt, kun je de bak even optillen terwijl je hem het lekkers aanbiedt en daarna weer neerzet.
Je kunt zelfs zijn eten in twee porties verdelen: als hij de eerste portie bijna op heeft, pak je de bak op, geef je hem wat lekkers en loop je even weg om zijn tweede portie te pakken en zet je deze voor hem neer. Op deze manier leert hij dat wanneer je de bak pakt, er nog meer eten volgt. Zo hoeft hij niet bang te zijn dat je zijn eten afpakt.
Verdedigingsdrang bij speelgoed
Ditzelfde kun je ook doen als er sprake is van het verdedigen van snacks of speelgoed.
Begin door op een afstandje langs te lopen terwijl de hond bezig is met zijn kluif of speeltje, en gooi iets lekkers naar hem toe. Als hij dan blij en enthousiast reageert, kun je steeds dichterbij langslopen en hem het lekkers uit je hand geven. Zo zal hij leren dat mensen niet bedreigend zijn, maar juist iets leuks opleveren.
Het is belangrijk om te weten dat kinderen deze oefeningen niet mogen doen. Wacht totdat de hond geen moeite meer heeft als je in de buurt komt als hij aan het eten is, en oefen daarna samen met het kind. Zorg ervoor dat je de hond beloont met iets lekkers als het kind dichterbij komt. Leer je kinderen ook dat ze niet bij de hond in de buurt moeten komen als hij aan het eten is of met zijn kluif speelt. Kinderen kunnen namelijk onverwachte dingen doen en dat kan gevaarlijke situaties opleveren.
Wat je wel moet doen:
- Observeer de pups tijdens het eten om te voorkomen dat er te veel competitie is.
- Leer je pup dat iemand in de buurt van zijn bak niet betekent dat zijn voer wordt afgepakt.
- Leer je pup dat er juist iets bij komt als er iemand in de buurt is.
- Gebruik iets lekkers om je hond te belonen als hij niet agressief reageert wanneer iemand in de buurt van zijn etensbak, kluif of speeltje komt.
- Zorg dat kinderen niet in de buurt komen van de hond wanneer hij eet of aan zijn kluif of speeltje zit.
- Schakel de hulp van een professionele hondengedragstherapeut in als je hond al geleerd heeft om zijn eten, kluif of speeltje te verdedigen.
Wat je niet moet doen:
- Pak de etensbak, kluif of speeltje niet af van je hond.
- Probeer niet te concurreren met je hond om zijn eten, kluif of speeltje.
- Laat kinderen niet in de buurt komen van de hond wanneer hij eet of aan zijn kluif of speeltje zit.
- Probeer het gedrag van je hond niet te corrigeren door te schreeuwen of hem te straffen. Dit kan de agressie juist verergeren.
- Denken dat verdedigingsdrang een vorm van dominantie is
Als jouw hond al baknijd heeft ontwikkeld, is het goed om te weten dat dit vaak op te lossen is met een goede training. Maar let op als er al een sterke verdedigingsdrang aanwezig is. Probeer dit niet zelf te doen, want dan loop je het risico om gebeten te worden. Het is beter om hulp in te schakelen van een professionele hondengedragstherapeut. Zij kunnen je helpen om jouw hond veilig en effectief te trainen en baknijd te verminderen